De Romeinse Republiek

De Romeinse Republiek

GeschiedenisHet Oude Rome


Het oude Rome werd 500 jaar lang geregeerd door de Romeinse Republiek. Dit was een regeringsvorm die mensen toestond ambtenaren te kiezen. Het was een complexe regering met een grondwet, gedetailleerde wetten en gekozen functionarissen zoals senatoren. Veel van de ideeën en structuren van deze regering werden de basis voor moderne democratieën.

Wie waren de leiders van de Romeinse Republiek?

De Romeinse Republiek had een aantal leiders en groepen die hielpen bij het regeren. Gekozen functionarissen werden magistraten genoemd en er waren verschillende niveaus en titels van magistraten. De Romeinse regering was erg ingewikkeld en had veel leiders en raden. Hier zijn enkele van de titels en wat ze deden:

Schilderij van een Romeinse senaatsvergadering
De Romeinse senaatvan Cesare Maccari
Consuls - Aan de top van de Romeinse Republiek was de consul. De consul had een zeer machtige positie. Om te voorkomen dat de consul koning of dictator zou worden, werden er altijd twee consuls gekozen die slechts één jaar dienden. Ook konden de consuls elkaar veto uitspreken als ze het ergens niet over eens waren. De consuls hadden een breed scala aan bevoegdheden; ze besloten wanneer ze oorlog zouden voeren, hoeveel belastingen ze moesten innen en wat de wetten waren.

Senatoren - De Senaat was een groep prestigieuze leiders die de consuls adviseerden. De consuls deden meestal wat de senaat aanbeveelde. Senatoren werden voor het leven geselecteerd.

Plebejische Raad - De Plebejische Raad werd ook wel de Volksvergadering genoemd. Dit was hoe het gewone volk, de plebejers, hun eigen leiders en magistraten kon kiezen, wetten kon aannemen en voor de rechter kwam.

Tribunes - Tribunes waren de vertegenwoordigers van de Plebejische Raad. Ze konden veto uitspreken over wetten van de Senaat.

Gouverneurs - Toen Rome nieuwe landen veroverde, hadden ze iemand nodig om de plaatselijke heerser te zijn. De Senaat zou een gouverneur benoemen om het land of de provincie te regeren. De gouverneur zou de leiding hebben over het plaatselijke Romeinse leger en ook verantwoordelijk zijn voor het innen van belastingen. Gouverneurs werden ook wel proconsuls genoemd.

Aedile - Een Aedile was een stadsambtenaar die verantwoordelijk was voor het onderhoud van openbare gebouwen en openbare festivals. Veel politici die verkozen wilden worden voor een hoger ambt, zoals consul, werden aediel, zodat ze grote openbare festivals konden houden en aan populariteit konden winnen bij de mensen.

Censor - De censor telde de burgers en hield de volkstelling bij. Ze hadden ook een aantal verantwoordelijkheden om de openbare zedelijkheid te handhaven en voor de overheidsfinanciën te zorgen.

De Grondwet

De Romeinse Republiek had geen precieze geschreven grondwet. De grondwet was meer een reeks richtlijnen en principes die van generatie op generatie werden doorgegeven. Het voorzag in afzonderlijke takken van de overheid en machtsverhoudingen.

Werden alle mensen gelijk behandeld?

Nee, mensen werden anders behandeld op basis van hun rijkdom, geslacht en burgerschap. Vrouwen kregen niet het recht om te stemmen of een ambt te bekleden. Als je meer geld had, heb je ook meer stemrecht. Consuls, senatoren en gouverneurs kwamen alleen van de rijke aristocratie. Dit klinkt misschien oneerlijk, maar het was een grote verandering ten opzichte van andere beschavingen waar de gemiddelde persoon helemaal niets over te zeggen had. In Rome konden de gewone mensen zich verenigen en aanzienlijke macht hebben via de Assemblee en hun Tribunes.